GNSS eBubble tilt waarschuwingen

U kunt de software zo configureren dat er een waarschuwing verschijnt als de ontvanger tijdens het meten van punten een grotere tilt dan de ingestelde tilt tolerantie vertoont.

Als tilt waarschuwingen ingeschakeld zijn, kan een meting alleen worden opgeslagen als de eBubble groen en binnen de tolerantiecirkel is.

Tilt waarschuwingen zijn alleen van toepassing wanneer de GNSS eBubble tiltsensor wordt gebruikt. Met name als u gebruik maakt van een

  • Trimble R10 of R12 ontvanger en Tilt functies in de meetmethode ingeschakeld zijn.
  • Trimble ontvanger die IMU tiltcompensatie ondersteunt, waarbij eBubble functies ingeschakeld zijn in de meetmethode en de ontvanger in de alleen-GNSS modus werkt.

Gewenste tilt tolerantie en tilt waarschuwingen configureren

  1. Voer de tilt drempelwaarde in het veld Tilt tolerantie in het puntmethodescherm van de meetmethode in. U kunt voor elke puntmethode een andere waarde instellen.

    Als het vakje Tilt waarschuwing uitgeschakeld is, geeft de GNSS eBubble wel aan dat de ontvanger binnen of buiten de ingestelde tolerantie is, maar wordt er geen waarschuwing weergegeven.

  2. Selecteer het keuzevakje Tilt waarschuwingen om waarschuwingen weer te geven als de antenne een grotere tilt dan de waarde ingevoerd in het veld Tilt tolerantie vertoont.

    Als tilt waarschuwingen geconfigureerd zijn:

    • Als de GNSS eBubble rood is, wat aangeeft dat de ontvanger buiten de tilt tolerantie is, wanneer u een topo of gemeten controlepunt gaat meten, verschijnt er een waarschuwing. Tik op Ja om door te gaan met het meten van de positie.
    • Het bericht Te veel tilt gedetecteerd tijdens meten verschijnt als er op enig moment tijdens het meetproces te veel tilt is geweest.
    • Het bericht Te veel tilt verschijnt als er te veel tilt is geweest bij het opbergen van het apparaat.

  3. Gebruik de selectievakjes Autom. wegdoen en Auto meten om te bepalen wat er gebeurt als er te veel tilt of te veel beweging is gedetecteerd bij het meten van een topo punt of gemeten controlepunt:

    • Selecteer het vakje Autom. wegdoen om het punt automatisch weg te doen als er te veel tilt of te veel beweging is gedetecteerdAls het vakje Autom. wegdoen niet geselecteerd is en er te veel tilt of te veel beweging is gedetecteerd, moet u kiezen of u het punt accepteert, wegdoet, of opnieuw meet.

    • Selecteer het vakje Auto meten om automatisch te beginnen met het meten van een topo punt wanneer de precisie en tilt binnen tolerantie zijn en er geen overmatige beweging wordt gedetecteerd.

    • Selecteer zowel het vakje Autom. wegdoen als het vakje Auto meten om het opnieuw meten van punten die niet aan uw eisen voldoen te automatiseren. Als excessieve tilt of beweging wordt gedetecteerd wanneer beide selectievakjes geselecteerd zijn, wordt het punt automatisch weggedaan en toont de software Wacht op niveau, wat aangeeft dat de meting begint zodra de ontvanger waterpas is en stilstaat.