GPS Zoeken
Tijdens een robotische meting, als het instrument het vastzetten op het doel verliest en de software met een GNSS ontvanger verbonden is, kunt u de GPS/GNSS ontvanger gebruiken om het instrument op het doel te richten.
Standaard is GPS Zoeken ingeschakeld als Trimble Access:
- met een Trimble GNSS ontvanger voor inmeettoepassingen verbonden is en een geïntegreerde meting wordt uitgevoerd
- draait op een bedieningseenheid met intern GPS
Bij gebruik van een bedieningseenheid met intern GPS wordt een verbonden GNSS ontvanger altijd bij voorkeur gebruikt in plaats van het interne GPS.
Om de bedieningseenheid met een extra GNSS-ontvanger van een ander merk te verbinden, zie Extra GPS Instellingen.
Als het total station wordt opgesteld in termen van de gedefinieerde projectie en datum, dan is GPS Zoeken klaar zodra de standplaats instelling voltooid is. Als GPS zoeken gereed is, verschijnt de melding GPS Zoeken gereed op de statusregel en bij het prisma symbool verschijnt een satellietsymbool boven het prisma .
Als u geen volledig gedefinieerd coördinatensysteem hebt, of een aangepaste externe GNSS ontvanger gebruikt, moet u GPS Zoeken configureren voordat u het kunt gebruiken. U kunt GPS Zoeken gebruiken indien verbonden met een externe GNSS ontvanger die NMEA GGA berichten met 1 Hz via een seriële of Bluetooth poort naar de bedieningseenheid uitvoert.
- Start een robotgestuurde meting.
- Tik op en selecteer instrument / Doel functies.
-
In de groep GPS Zoeken zet u de optie Aan op Ja.
-
Stel het vakje 3D aan naar wens in.
-
Als 3D ingeschakeld is, wordt een 3D GPS Zoeken positie berekend en kan het instrument zowel horizontaal als verticaal naar het punt draaien.
Als de GNSS ontvanger in een RTK meting geïnitialiseerd is, of als SBAS beschikbaar is, kunt u 3D inschakelen, omdat de GNSS hoogten van de ontvanger nauwkeurig genoeg zouden moeten zijn om de verticale hoek van het instrument te draaien.
-
Is 3D uitgeschakeld, dan kan het instrument alleen horizontaal naar de GPS Zoeken positie draaien.
Als de verbonden GNSS ontvanger autonome posities produceert, of als SBAS niet beschikbaar is, adviseert Trimble om 3D uit te schakelen, om te voorkomen dat onjuiste GNSS hoogten onnauwkeurig draaien van de verticale hoek veroorzaken.
Bij een geïntegreerde meting wordt Selecteer gegevensbron automatisch op Trimble GNSS gezet en is het keuzevakje bij 3D automatisch geselecteerd.
-
-
Controleer of de waarde in Selecteer gegevensbron correct is. Als de software verbonden is met:
- een Trimble GNSS ontvanger, selecteert u Trimble GNSS.
- de interne GPS ontvanger van de bedieningseenheid, selecteert u Intern GPS.
- een ander type GNSS, selecteert u Extra GPS.
- Controleer of de waarde in het veld Ontvanger type correct is. Als dat niet het geval is, tikt u op de softkey Aux en configureert u de Extra GPS instellingen voor de interne of aangepaste ontvanger. Zie Extra GPS Instellingen.
- Druk op Accept.
GPS Zoeken is nu geconfigureerd. De relatie tussen de GNSS posities en lokale posities moet nu worden opgelost voordat u GPS Zoeken kunt gebruiken.
Als u een volledig gedefinieerd coördinatensysteem hebt, is er al een accurate relatie tussen de GNSS posities en lokale posities aanwezig d.m.v. de coördinatensysteem definitie. De software gaat ervan uit dat het total station is opgesteld t.o.v. de gedefinieerde projectie en datum en GPS Zoeken is klaar zodra de standplaats instelling voltooid is. Als uw total station niet is opgesteld t.o.v. het gedefinieerde coördinatensysteem, zal het gebruik van GPS Zoeken ertoe leiden dat het total station onjuist draait.
Hebt u geen gedefinieerd coördinatensysteem, dan moet u de relatie tussen GNSS posities en lokale posities oplossen voordat GPS Zoeken klaar is voor gebruik. Als de standplaats instelling voltooid is, gebruikt de Trimble Access software de NMEA posities van de GNSS ontvanger en de hoeken die door het robotische instrument bepaald zijn om de relatie tussen de twee positioneringsystemen te bepalen. GPS Zoeken bepaalt die relatie onafhankelijk van de coördinatensysteem instellingen van de job.
Om deze relatie te bepalen, moet u ervoor zorgen dat de GNSS ontvanger een onbelemmerd zicht in de lucht heeft. Met het instrument op het prisma vastgezet, beweegt u de meetstok vervolgens rond het instrument totdat de relatie tussen de GNSS posities en lokale posities opgelost is. Er zijn minimaal vijf posities ten minste vijf meter uit elkaar en ten minste tien meter van het instrument verwijderd nodig. Als de geometrie en GNSS positionering nauwkeurigheid slecht zijn, hebt u meer dan vijf posities nodig om de relatie op te lossen. Een slechte GNSS positionering nauwkeurigheid kan ertoe leiden dat er een onjuiste relatie wordt berekend.
Als u zich langere tijd in een slechte omgeving voor GNSS bevindt, tikt u op pauze om GPS Zoeken te pauzeren en te voorkomen dat er nieuwe posities aan de GPS Zoeken oplossing worden toegevoegd. Tik op om GPS Zoeken te hervatten en het toevoegen van punten aan de GPS zoeken oplossing weer te starten.
- Om de GNSS status te bekijken, drukt u op GPS in het scherm Doel functies. U kunt ook in het GNSS status scherm het prisma symbool ingedrukt houden.
- Als GPS zoeken over goede data beschikt, kan het slechte data detecteren en buiten de berekeningen houden. Zijn er echter meer slechte dan goede posities, dan is het detecteren en uitsluiten van slechte posities moeilijker voor GPS Zoeken. Als er te veel slechte gegevens in de berekeningen zijn, is het mogelijk dat GPS zoeken niet gereed wordt. Wanneer dat gebeurt, gaat u naar een betere GNSS omgeving en drukt u op Reset om GPS zoeken opnieuw te starten.
- Als u een kalibratie uitvoert of de instellingen van het coördinatensysteem wijzigt, gaat de bestaande relatie tussen de GNSS posities en lokale posities verloren en moet die opnieuw worden berekend.
De software gebruikt automatisch GPS Zoeken om het doel te zoeken. Als GPS zoeken gereed is, draait het instrument naar de GPS Zoeken positie. Met een goede GNSS positie, bijvoorbeeld van een Trimble R12 ontvanger met een fixed RTK oplossing, en als snap ingeschakeld is, moet het instrument direct naar het prisma snappen. Als het instrument niet direct snapt, voert het een zoekactie uit en zet vervolgens vast op het prisma.
Wanneer u GPS zoeken met een Trimble ontvanger gebruikt, geeft een kruisje de positie van de GNSS ontvanger aan. Bij gebruik van een andere ontvanger en als er een GNSS positie beschikbaar is, verschijnt er een satelliet symbool op de kaart. Als er een GPS Zoeken oplossing beschikbaar is, verschijnt er een zwart satelliet symbool . Als er geen GPS zoeken oplossing beschikbaar is, verschijnt er een rood satelliet symbool . Om in een conventionele meting naar de GNSS positie te draaien, moet u zorgen dat er niets op de kaart geselecteerd is en houdt u kort ingedrukt op de kaart. In het menu dat verschijnt, selecteert u Draai naar GNSS om het instrument horizontaal naar de GNSS positie te draaien.
Druk op Zoek in het Joystick scherm om een normale zoekactie te starten, ook als GPS Zoeken gereed is. Gebruik deze methode als u naar een prisma wilt zoeken zonder de GPS Zoeken positie te gebruiken, bijvoorbeeld wanneer u naar een oriëntatie achter prisma zoekt.
Om een GPS‑ondersteunde zoekactie vanuit het Joystick scherm te starten, drukt u op .
Zodra het instrument op het doel heeft vastgezet, wordt het scherm Joystick gesloten.
Om een standaard zoekactie met de Trimble Access software uit te voeren, kunt u GPS zoeken op elk gewenst moment pauzeren.