Inspectielagen beheren

Het tabblad Inspecties in het scherm Lagen manager toont de inspectiebestanden in de huidige job.

Inspectiebestanden zijn oppervlak inspectie puntenwolken, gemaakt met behulp van de Cogo functie Oppervlak inspectie.

Gebruik het tabblad Inspecties om inspectiebestanden op de kaart en in het Video scherm te verbergen of weer te geven. Er kan maar één inspectie tegelijk zichtbaar zijn.

Wijzigen welke inspecties zichtbaar zijn

  1. Om de Lagen manager te openen, gaat u op één van de volgende manieren te werk:

    • Tik op op de Kaart werkbalk of de Video werkbalk.
    • In het scherm Job eigenschappen tikt u op de knop Lagen manager.

  2. Selecteer het tabblad Inspecties.

  3. Om de data getoond op de Kaart of het Video scherm automatisch bij te werken terwijl u wijzigingen aanbrengt in de Lagen manager, tikt u op de Auto bijwerken softkey. Een vinkje op de Auto bijwerken softkey geeft aan dat Auto bijwerken ingeschakeld is.

    Wijzigingen die worden aangebracht terwijl Auto bijwerken ingeschakeld is, blijven behouden wanneer u de Lagen manager verlaat m.b.v. de toets Accepteren of Esc.

  4. Om een inspectie op de kaart en in het Video scherm te verbergen, tikt u op de bestandsnaam. Het vinkje in een vierkantje naast de bestandsnaam verdwijnt.

  5. Om een inspectie op de kaart en in het Video scherm zichtbaar te maken, tikt u op de bestandsnaam. Het vinkje in een vierkantje verschijnt naast de bestandsnaam, wat aangeeft dat de inspectiepunten zichtbaar en selecteerbaar ("actief") op de kaart en in het Video scherm zijn.

    Omdat er maar één inspectie tegelijk zichtbaar kan zijn, wordt een zichtbare inspectie verborgen wanneer u een andere inspectie zichtbaar maakt.

  6. Druk op Accept.

Gebruik indien nodig de softkeys Wis en Hernoem om inspecties te beheren. Om verwijderde inspecties te herstellen, gebruikt u de optie Herstel in Bekijk job.