Puntbestand lagen beheren

Op het tabblad Puntbestanden in het scherm Lagen manager worden de CSV, TXT en job bestanden in de huidige projectmap weergegeven.

Gebruik het tabblad Puntbestanden om CSV, TXT of job bestanden te koppelen, zodat u toegang hebt tot de punten in die bestanden zonder de punten te importeren in de job. Dat is vooral handig bij gebruik van een bestand dat grondslagpunten bevat.

Wanneer u punten uit gekoppelde bestanden gebruikt, moet u ervoor zorgen dat die hetzelfde coördinatensysteem gebruiken als de job waarin ze worden geïmporteerd. De volgorde van de coördinaten (Noord en Oost ordinaten) moet in het kommagescheiden bestand dezelfde zijn als in het veld Coördinaten volgorde in het scherm Eenheden. Zorg dat de data in het bestand het volgende formaat heeft: puntnaam, eerste ordinaat (Noord of Oost (Y, X)), tweede ordinaat (Noord of Oost (Y, X)), hoogte, puntcode.

U kunt punten uit een gekoppeld bestand gebruiken om:

  • uit te zetten, zonder dat de punten van het ontwerp in de job aanwezig zijn
  • waarden in Punt naam velden in te geven, zoals voor COGO functies
  • te navigeren, om metingen van eerdere inmeetjobs te controleren.

U kunt geen lijnen, bogen of polylijnen uit een gekoppelde job gebruiken.

U kunt meerdere bestanden koppelen. Als het punt niet in de huidige job aanwezig is, maar wel in meerdere gekoppelde bestanden, wordt het punt uit het eerste gekoppelde bestand gebruikt. Als er meerdere punten met dezelfde naam in een gekoppelde job aanwezig zijn, zijn de zoekregels in die job van toepassing, om het beste punt te bepalen.

Gekoppelde punten uit een CSV-bestand worden op de Kaart en het Video scherm weergegeven als een blauwe komma ( , ). Gekoppelde punten uit een andere job worden weergegeven met behulp van hun oorspronkelijke puntsymbool, maar zijn blauw gekleurd. Zodra u een gekoppeld punt selecteert en voor een softwarefunctie gebruikt, wordt het gekoppelde punt naar de huidige job gekopieerd en als een "c" op de kaart weergegeven.

Om de data getoond op de Kaart of het Video scherm automatisch bij te werken terwijl u wijzigingen aanbrengt in de Lagen manager, tikt u op de Auto bijwerken softkey. Een vinkje op de Auto bijwerken softkey geeft aan dat Auto bijwerken ingeschakeld is.

Wijzigingen die worden aangebracht terwijl Auto bijwerken ingeschakeld is, blijven behouden wanneer u de Lagen manager verlaat m.b.v. de toets Accepteren of Esc.