Meetstok bias vereffening

Trimble adviseert de meetstok bias vereffening uit te voeren:

• Wanneer voor de ontvanger een meetstok en snelkoppeling in niet-optimale staat worden gebruikt.
• Elke keer dat u wisselt naar een andere niet-optimale meetstok.

Als er al een meetstok bias vereffening met de huidige ontvanger is uitgevoerd, geeft de software het bericht Meetstok bias vereffening toegepast weer wanneer u een RTK meting start met IMU tiltcompensatie ingeschakeld. Het bericht verwijderen:

• Als u dezelfde meetstok, snelkoppeling en ontvanger als eerder gebruikt, tikt u op OK om de huidige vereffening te gebruiken.
• Als u altijd dezelfde meetstok, snelkoppeling en ontvanger gebruikt, tikt u op Negeren om de vereffening te gebruiken en het bericht niet opnieuw weer te geven wanneer u een meting met dezelfde ontvanger start. Het bericht verschijnt wel weer als er een nieuwe vereffening is toegepast.
• Als u een andere, niet-optimale meetstok of snelkoppeling gebruikt, tikt u op Aanpassen om een nieuwe meetstok bias vereffening uit te voeren.

• Als u een andere meetstok die in uitstekende conditie is gebruikt, tikt u op Aanpassen en daarna op Wis om de huidige meetstok bias vereffening uit de ontvanger te verwijderen.

De ontvanger opstellen:

1. Bevestig de ontvanger aan de meetstok.

   Als de ontvanger een SPS986 is, adviseert Trimble de snelkoppeling van de meetstok te verwijderen en de ontvanger direct aan de meetstok te bevestigen, om eventuele speling tussen de meetstok en de ontvanger te elimineren.

2. Zet de ontvanger aan en aligneer de IMU zorgvuldig. Hoe meer beweging met veranderingen van richting tijdens het aligneringsproces, des te beter de kwaliteit van de alignering.
3. Stel de ontvanger in op een goed gedefinieerd punt, met of zonder tweepoot. De meetstokpunt mag niet bewegen tijdens de routine, dus kan die het best op een grondslagpunt of ander stabiel en verzonken punt worden geplaatst, waar de punt van de stok gedurende de hele routine vast blijft rusten.
4. Bepaal of u de routine moet uitvoeren door de horizontale nauwkeurigheid van de ontvanger en meetstok combinatie te controleren, zoals hieronder beschreven.

1. Zorg dat de IMU gealigneerd is en de stokpunt zich op een stabiel punt bevindt dat beweging van de stokpunt voorkomt.
2. Houd de ontvanger ongeveer horizontaal en voer één Topo punt meting gericht op noord, oost, zuid en west uit.
3. Meet de afstand tussen de tegenovergestelde punten (bijv. noord en zuid) om een schatting te krijgen van de horizontale nauwkeurigheid van de ontvanger (gebruik het Cogo menu om een inverse tussen die te berekenen). Als de afstand tussen de twee punten buiten de horizontale tolerantie ligt die nodig is voor de taak, adviseert Trimble de meetstok bias vereffening uit te voeren.

De meetstok bias vereffening neemt een set metingen in de ene richting en vervolgens een tweede set metingen na 180 graden draaien van de ontvanger. Het berekent vervolgens de correcties, te corrigeren voor eventuele fouten geïntroduceerd door de meetstok.

1. Om het scherm Meetstok bias vereffening te openen, gaat u op één van de volgende manieren te werk:
   • Tik op Aanpassen in het bericht Meetstok bias vereffening toegepast.
   • Tik op en selecteer Instrument / Tilt sensor opties. Tik op de softkey Kalib.om het scherm Sensor kalibreren te openen. In het groepsvak Meetstok bias tikt u op Aanpassen.

2. Volg de instructies van elke stap zeer zorgvuldig op. Druk op Start.

   Als de vereffeningsroutine niet wordt uitgevoerd wanneer u op Start tikt, bijvoorbeeld als u een buiten-tilt waarschuwing krijgt wanneer u weet dat de ontvanger waterpas is, tikt u op de knop Reset. Met deze knop worden alle waarden verwijderd die tijdens een vorige routine zijn berekend en kan de horizontale nauwkeurigheid afnemen. Zodra de reset voltooid is, start u direct de meetstok bias vereffening.

3. Als de IMU niet gealigneerd is, wordt u gevraagd die te aligneren. Omdat de meetstok bias vereffening vereist dat de stokpunt stabiel op de grond staat, moet u de stokpunt stil op de grond houden, terwijl u de stok in verschillende richtingen kantelt om de IMU opnieuw te aligneren.

4. Fase één van de vereffening begint wanneer u op Starttikt. Houd de stok verticaal en stil en de stokpunt op dezelfde plaats terwijl de metingen worden geregistreerd. Als u geen tweepoot gebruikt, moet u zorgen dat u de ontvanger zo stabiel mogelijk houdt.

   Tijdens de routine worden de waarden voortdurend gecontroleerd om nauwkeurige metingen te garanderen. Als de waarnemingen buiten tolerantie gaan, stoppen de metingen. Enkele van deze controles omvatten:

   • De ontvanger moet in dezelfde rotatie/richting worden gehouden.
   • De ontvanger moet ongeveer waterpas worden gehouden.
   • De ontvanger moet gealigneerd blijven.
   • De precisiewaarden moeten in tolerantie van 0,021 m horizontaal, 0,030 m verticaal blijven. U kunt deze precisiewaarden niet wijzigen en als u niet in een meting bent, worden ze niet weergegeven.

5. Als fase één voltooid is, draait u de ontvanger 180° zonder de punt van de stok te verplaatsen.

   Eenmaal gedraaid binnen tolerantie en waterpas, start fase twee automatisch.

   Aan het einde van de routine worden de berekende correctiewaarden weergegeven. Trimbleadviseert de waarden toe te passen als ze groter dan 5 mm zijn bij gebruik van een stok van 2 m.

   Als de berekende vereffening meer dan 10 mm verschilt van de vorige vereffening, of meer dan 10 mm van nul, verschijnt er een waarschuwing dat de vereffening excessief lijkt te zijn, wat een niet-optimale meetstok opstelling aangeeft. Als u de grote vereffening accepteert, wordt u gevraagd om een Kalibreren met IMU eBubble kalibratie uit te voeren, omdat dit de alleen-GNSS positieresultaten m.b.v. de GNSS eBubble zal verbeteren bij een niet-optimale meetstok opstelling.

6. Tik op Ja om de correctiewaarden te accepteren.