CAD werkbalk

De CAD werkbalk biedt de mogelijkheid eenvoudig besturingscodes te gebruiken om lijn, boog en polygoon objecten op de kaart aan te maken terwijl u punten meet, of door lijn en boog objecten te tekenen met behulp van feature-gecodeerde punten die al in de job aanwezig zijn.

Om features aan te maken terwijl u meet, selecteert u de feature code voor het punt en daarna selecteert u de juiste besturingscode op de CAD werkbalk. Zie Features aanmaken m.b.v. besturingscodes in Meet codes.

Om lijn en boog features tussen bestaande punten te tekenen, selecteert u de juiste besturingscode op de CAD werkbalk en selecteert u vervolgens de punten op de kaart. Zie Features van bestaande punten tekenen.

 

  • Om features aan te maken, moet de feature bibliotheek feature codes gedefinieerd als lijnen bevatten voor de features die u wilt aanmaken, en gedefinieerde besturingscodes voor de gewenste actie om de feature geometrie aan te maken, zoals het starten of beëindigen van een nieuwe verbinding. Zie Eisen van de feature code bibliotheek voor besturingscodes.
  • De CAD werkbalk kan alleen worden gebruikt om lijnen te tekenen of aan te maken tussen punten in de job. Hij kan niet worden gebruikt om lijnen te tekenen of aan te maken tussen punten in gekoppelde CSV bestanden of kaartbestanden zoals DXF.

Om de werkbalk weer te geven, tikt u op op de werkbalk van de kaart en daarna selecteert u CAD werkbalk. De CAD werkbalk is alleen beschikbaar als u Inmeten Algemeen gebruikt.

Wanneer u verbonden bent met een instrument dat video ondersteunt, kunt u de CAD werkbalk gebruiken wanneer u op op de kaart werkbalk tikt om naar het videobeeld van de kaart te wisselen. U moet de CAD werkbalk op de kaart hebben ingeschakeld, een meting hebben gestart en het formulier Meet topo of Meet punt hebben geopend. De tekenmodus kan alleen worden gebruikt op de kaart, niet met video.